

Zoon van Jan Putman van beroep marskramer en van Maria Berghuijs zonder beroep Echtelieden wonende Oude Manhuispoort nr. 12 naatig??naast??? (niet goed leesbaar) nr. 2 zijnde dit kind aldaar geboren.
Oude manhuispoort 12 A'dam Dit adres is een boekenkast geen huis ook nooit geweest. Zijn vader Jan Putman zou als beroep marskramer hebben.
https://rkd.nl/explore/images/236184
https://www.wiewaswie.nl/nl/detail/84468399 bruidegom: Johannes Christoffel Hildebrand Relatiesoort:Bruidegom Geslacht:Man Geboorteplaats:Rotterdam Leeftijd:48 Beroep:commies ter mairie dezer stad
Vader bruidegom:Johannes Philippus Hildebrand (http://rietjevanvliet.files.wordpress.com/2009/11/schandaal-in-rott...)
Geslacht:Man Moeder bruidegom:Adriana van den Brink Geslacht:Vrouw Bruid:Helena Christina Kremer Relatiesoort:Bruid Geslacht:Vrouw Geboorteplaats:Amsterdam Leeftijd:21 Vader bruid:Herman Hendrik Kremer Geslacht:Man Beroep:Winkelier Moeder bruid:Anna Geertruij Meulmans Geslacht:Vrouw Gebeurtenis:Huwelijk Datum:woensdag 21 juli 1813 Gebeurtenisplaats:Amsterdam Documenttype:BS Huwelijk Erfgoedinstelling:Noord-Hollands ArchiefNoord-Hollands Archief Plaats instelling:Haarlem Collectiegebied:Noord-Holland Aktenummer:Reg.2 fol. 97 Registratiedatum:21 juli 1813 Akteplaats:Amsterdam Opmerking:Weduwnaar van Susanne Luneau.
kind:, Johanna Susanna geboortedatum:04-12-1797 doopdatum:13-12-1797 kerk:Kerk aan huis godsdienst:Evangelisch-Luthers vader:Hildebrand, Johannes Christoffel moeder:Luneau, Susanna bronverwijzing: DTB 280, p.78(folio 47), nr.2 Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Doopregister: NL-SAA-23647986
kind:, Frans Philippus doopdatum:12-09-1790 kerk:Kerk aan huis godsdienst:Evangelisch-Luthers vader:Ernst, Philippus moeder:Meijer, Catharina Louisa getuige:Oost, Frans getuige:Corvinius, Hendrina Eliz't bronverwijzing: DTB 273, p.63(folio 38v), nr.7 Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Doopregister: NL-SAA-23594947
kind:, Fransisca Catharina geboortedatum:27-01-1811 doopdatum:17-02-1811 kerk:Kerk aan huis godsdienst:Evangelisch-Luthers vader:Kroon, Johannes Barend moeder:Ernst, Geertruij Francisca Cornelia getuige:Ernst, Frans Philippus bronverwijzing:DTB 294, p.49(folio 25), nr.6 Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Doopregister: NL-SAA-23531481
inschrijvingsdatum:31-12-1802 naam bruidegom: Breukelaar, Hendrik Jansz naam bruid: Steentjes, Judith bronverwijzing: DTB 650, p.63 opmerkingen: Huwelijksintekeningen van de KERK. Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Ondertrouwregister: NL-SAA-26183363
kind: , Margaretha Hendrikje geboortedatum: 28-10-1803 doopdatum: 29-10-1803 kerk: Kerk aan huis godsdienst: Hersteld Evangelisch-Luthers vader: Breukelaar Janszoon, Hendrik moeder: Steentjes, Judith getuige: Vos, Jan getuige: [van] Harlingen, Johanna bronverwijzing: DTB 295, p.436(oud pag. 436), nr.3 Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Doopregister: NL-SAA-23546716
kind:, Jan geboortedatum:07-02-1811 doopdatum:18-02-1811 kerk:Kerk aan huis godsdienst:Hersteld Evangelisch-Luthers vader:Breukelaar Jans, Hendrik moeder:Steentjes, Judith getuige:[de] Wit, Margaretha bronverwijzing:DTB 296, p.55(oud pag. 630), nr.13 Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Doopregister: NL-SAA-23529230
inschrijvingsdatum:28-10-1774 naam bruidegom:Ernst, Philippus naam bruid:Meijer, Catharina Louisa bronverwijzing:DTB 748, p.129 opmerkingen:Huwelijksintekeningen van de PUI. Archief van de Burgerlijke Stand: doop-, trouw- en begraafboeken van Amsterdam (retroacta van de Burgerlijke Stand) Ondertrouwregister: NL-SAA-26200999
Waarschijnlijk was hij een bastaard en heeft andere naam gekregen dan zijn moeder (volgens de verhalen in de familie was zij van adel en kwam regelmatig de jongen bekijken toen hij op de lagere school zat in Leersum)
27 mei 2021 werd bekend dankzij een mail met een tip dat hij tweehonderd jaar geleden op vijf of zesjarige leeftijd bij de Koloniën van Weldadigheid werd besteed!
https://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken
Zoek in alles (Drents Archief)
Toegangscode 0186
2.1. Archief van de Maatschappij van Weldadigheid, 1818-1859
2.1.1. Organisatie
2.1.1.2. Bestuur
2.1.1.2.3. Permanente Commissie
2.1.1.2.3.1. Algemeen
38-42 Notulen van vergaderingen; 1818-1829, 1843-1856
38 24 juni 1818 - 29 mrt 1823
Doctor Luber alhier, wil bij mij storten ineens f 300,- verlangt daarvoor kwitantie en een geleide brief, om eenen jongen van 6 jaar in de kolonie te plaatsen, zonder verdere kontrakten.- Kan dit geschieden? en zoude UwE mij willen magtigen met het 1e open water dezen jongen te verzenden?
Drents Archief
Archiefingang 0186 inventarisnummer 38 - 24 juni 1818 - 29 mrt 1823
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
geen scan aanwezig zie voor inhoud http://www.schackmann.nl/proefkolonie/Personen/Putman.html
0186 - 56 - jan - mrt 1821 - scan 289
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
kopij Amsterdam 8 feb 1821
WelEdele Heer !
Uwe geëerde missieve inhoudende antwoord van de Permanente Kommissie der Weldadigheid, is mij wel geworden, ik dank UWE voor de genomene moeite.
Er is mij uit gebleken dat de Komm voorn een aanbod van ƒ300:- voor het aannemen van een kind niet kan bewilligen: Ik neem de vrijheid U te Observeren dat ik op deze geringe som in vergelijk van ƒ60 's jaars gedurende 16 jaren niet zoo zeer onsteerde, maar wel op een afkoop in eens om daar door een kind vast geengacheerd te zien, zonder verdere verbintenis van mijne zijde. Uwe bereidvaardigheid doet mij de vrijheid nemen U te verzoeken mij een kontrakt in blanco ter lectuur te willen zenden met zoo mogelijk het berigt of de som niet in eens kan voldaan worden.
Wijders zoo deze niet in het kontrakt vermeld zijn, waartoe de Maatschappij zich voor een enkeld kind verbindt, deze voorwaarden te willen berigten, daar ik die in de star, wel te weten voor een enkeld persoon niet heb kunnen vinden.
Met achting (wg) MW Lúber
0186 - 56 - jan - mrt 1821 - scan 288
N41 1821
2 rec 9 febr
De Kassier
P.J. Ameshoff Accuseert ontvangen Actrijzen. (? )
Zendt in Kopij eener ontvangen missive van Docter H W Lubert; houdende verzoekt van een model kontrakt ter overname van een enkeld persoon.
De missive van Luber in hande des Generaals. - en deze in handen des H.r VR not 12 id art 11 Luber gerescribeerd 19 id. - <onleesbaar> kon...not 17 id. art. 21 f. voorts notificatie
verzonden brief aan de heer Luber
0186 - 352 24 juni 1818 - 28 dec 1821 - geen scan aanwezig
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
0186 - 56 scans 339-451
0186 - 56 scan 449
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
De brief aan den Heer Hje Luber, heb ik na lecture doen bezorgen
contract ondertekend
0186 - 1393 - geen scans aanwezig
Contracten gesloten tussen de Permanente Commissie en subcommissies, armbesturen, kerkenraden, gemeentebesturen en particulieren, betreffende het opnemen en verzorgen van behoeftige huisgezinnen, wezen, armenkinderen of vondelingen in de kolonie Frederiksoord; 1819-1823
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
0186 - 1394???
Register van gesloten contracten met gemeentebesturen, armbesturen, kerkenraden en particulieren, betreffende de opname en verpleging van gezinnen en alleenstaanden in de gestichten te Veenhuizen en Ommerschans, met aantekening van betaalde gelden; 1819-1842
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
0186 - 38 - 24 juni 1818 - 29 mrt 1823 - geen scans aanwezig
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
Aankomst? (10 mei 1821?) van Wilhelm Putman in Kolonie No.3 Wijk 1 No.5.Willemsoord
bron: 0186 - 1346 - scan 10
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
0186 - 57 - scan 97
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
De Heer Luber heb ik de noodige op heldering gegeven en den brief aan dez Heer J. Overhoft zelve overhandigd.
10-05-1821 Aankomst in kolonie III, Willemsoord.
Geplaatst bij kolonisten vader Johannes Ebert
https://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/genealogie/zoeken/deeds/3b...
Ingedeelde Willem Putman
geboren 11-01-1815
Diversen:
Kolonie: Willemsoord Aankomst in kolonie III, Willemsoord.
Plaatsing: Mon.M.W.Luber te Amsterdam f.960,--ineens.
Ingedeeld bij: huisverzorger J.Elbert kol.III en I Inst.Wateren.
Bijzonderheden: op 29-10-1821 klaagt de heer M.W.Luber erover (bij de P.K.) dat het kind de koloniale kleding nog niet ontvangen heeft en dat het niet goed verzorgd is tijdens de kinderziekte (pokken). Dir. Visser antwoordt : dat het kind nog jong is en goed gekleed was, komt nog niet buiten, heeft wel uitslag gehad maar geen pokken.
Op 10-11-1829 van kol.I (Ebert) naar Inst.Wateren.
Contract opgezegd op 12-03-1838 : in 1838 boerenknecht te Dorthuizen, was daar in 1841 nog.
'Heeft een remplecant !.
Plaats van herkomst: Amsterdam'
Datum van aankomst: 10-05-1821
Vertrek datum: 10-11-1829
0186 - 57 - scan 359
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
Ontvangen Kredieten N.o 14 gr. ƒ960:- voor H W Luber (M W Luber)
https://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/genealogie/zoeken/deeds/d5...
Amsterdam 29 oct 1821
WelEdele Heeren!
In de maand Mey ll. heb ik met de maatschappij van Weldadigheid een kontrakt aangegegaan ten tehoeve van W. Putman, ten einde hem in de kolonie te plaatsen, gelijk hij dan ook op aanschrijving van UWelEd deswaards overgebragt, en volgens berigt gehuisvest is bij Johannes Ebert, in de kolonie Willemsoord No 3, Wijk 1 no 5. De zorg over dat kind tijdens zijn verblijf alhier op mij genomen hebbende, is mij zijn verder lot ook niet onverschillig, en de plaatsing in de kolonie was uit overtuiging, dat ik voor zijne volgende bestemming geene betere keuze konde doen. Al spoedig na zijn vertrek ontving de vrouw aan wier zorg hij hier was toevertrouwd eenen brief van het kind geschreven dat blijken genoeg opleverde, dat de woorden hem waren in de mond gelegd, inhoudende verzoek om kleding subsidie enz waaraan ik gezorgd heb, dat niet voldaan word. Nu heeft deze zelfde vrouw door den Steenwijker Bode Groen bij herhaling berigt ontvangen, dat het kind nog niet de koloniale kleding ontvangen heeft, en bij het naderen van den winter warmere kleeding behoeft: dit bevreemd mij zeer, eensdeels in de dikwerf door de Maatsch. en nu nog onlangs in haar laatst algemeen verslag, geuite gevoelens van het nuttige en noodzakelijke dat alle kolonisten de eens bepaalde costumes bij uitsluiting behoren te dragen; anderdeels om dat eene dergelijke aanvraag zeker officieel aan mij zou gedaan zijn.
Een tweede, niet minder gewigtige boodschap, was, dat genoemd kind zeer gevaarlijke kinderpokken gehad had, en daarvan ter nauwernood het leven had behouden, iets dat voor mij niet alleen, maar voor het geheele crediet der vaccine zeer gewigtig is, waarom ik dan ook nevensgaand declaratoir van goede en welgeslaagde vaccine aan UWelEd toezende.
Ik ben tezeer voor de goede bedoelingen der maatschappij ingenomen om niet aangaande het bovenstaande naar eenig berigt te verlangen, zoo ik zelfs mij niet te veel vermeet, zou nu en dan eenige tijding aangaande deezen jongen kolonist mij zeer aangenaam zijn.
Mij met eenige rescriptie vleijende heb ik de eer met den meeste hoogachting te zijn.
WelEdele Heeren!
UWelEd dw Dienaar
<handtekening onleesbaar> Luber
Adres M.W. Luber Med Dr.
Herengr. Bij de Herenstr. Te
Amsterdam
https://allekolonisten.nl/nl/allekolonisten/deeds/690535b6-0219-44c...
en eindelijk de reden gevende van het niet verstrekken van kleedingstukken aan de bestedeling van den Hr Luber berigtende dat dezelve geene kinderpokken heeft gehad.
N. 163 Frederiksoord den 31 october 1821
….. Eindelijk op die van den Heer Luber te Amsterdam ’t is waar, dat het kind genaamd W. Putman, nog niet van koloniale kleding is voorzien. De reden daar van, zijn hoofdzakelijk deeze, het kind is zoo jong, dat het bijna nooit buiten de deur komt, en is behoorlijk van gewone kleding voorzien, zoo dat het tot nu toe volstrekt geen nieuwe kleding behoefde; in zo danig geval is , mijns bedunkens, de strikte regel omtrent de kleding der kolonisten niet toepasselijk; ik heb het kind meermalen gezien, het wordt bij Eber zeer goed opgepast; betreffende de kinderpokken welke het zelve zoude hebben gehadt, dit is buiten de waarheid, het heeft een uitslag over zijn ligchaam gehadt, dat volgens zeggen van de onderDirekteur, door den geneesheer steenpokken wordt genoemt, en dit heeft slegts 3 a 4 dagen geduurt. Ik heb de Eer te zijn.
De Direkteur der Kolonie
Visser
Aan de Permanente Kommissie van weldadigheid te ‘s Hage
Vorenstaande lijst van de meest verdienstelijke leerlingen in de koloniën der Maatschappij van weldadigheid, aldus opgemaakt te Frederiksoord, den 27 Januarij 1823,
Door mijn onderteekenden
J.H. van Wolda In lijst :
volgnummer 133
Naam:Putman, Willem
Nummer der kolonie: nr 3
0186 - 1346 - scan 10
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
Aankomst van Willem de Ruiter (Willem de Ruiter) in de kolonie ook bij Johannes Ebert en contract ondertekend door Luber.
0186 - 80 - scan 591
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi...
Ontvangen kredieten N.o 131 gr. f60:- voor M.W. Luber
t.b.v. Willem de Ruiter
Bron: Correspondentie MvW Soort registratie: Correspondentie(Akte)datum: 06-10-1829 Plaats: Wateren
Wateren den 6 october 1829
Nominative staat van eenige jongelingen uit de Vrije koloniën welke in het instituut van opvoeding te Wateren zouden kunnen worden opgenomen
Namen Ouderdom Waarvandaan bij wien ingedeeld in welke kolonie
Willem Putman 14 jaar Amsterdam Ebert nr 1
Willem de Ruiter 11 jaar id id “ 1
Willem der Nederlanden Wed. Kok " 1
Op 10-11-1829 van kol.I (Ebert) naar Inst.Wateren.
0186 - 155 - scan 164, de adressering scan 165:
Amsterdam 14 Jan 1834
16 Jan 1835 N 1
Aangezien de ouders van den bestedeling Putman onbekend zijn, en mij ten minste na het ontvangen uwen geerden van 10 Jan ll.N.4. na onderzoek niet gelukken mogt zijn voogd te vinden, zoo geloof ik niet alleen, maar ben na pogingen om hem hier te doen inschrijven, verwittigd dat men op hem van applicatie oordeelt het gedeelte der wet waarin gezegd wordt “dat de lotelingen zich moeten aangeven ter woonplaatsen van hunne ouders of voogd, of bij foute van dien in een gesticht opgenomen, zijnde als dan ter plaatse waar dit gesticht gevestigd is en door regenten van hetzelver Waardoor ik mij genoodzaakt vinde de zorg aan de Maatschappij van Weldadigheid, gelijk ik vroeger meende over te laten, met herinnering dat de termijn van inschrijving voor den 20 dezer bij de wet bepaald is -terwijl ik deze gelegenheid waarneem aan dezelve mijne betuiging van hoogachting over te brengen
<handtekening onleesbaar: Luber?> ''Aan de permanente kommissie der Maatschappij van Weldadigheid''
== 16 januari 1834 == 0186 - 144 - scans 245-246
No 15 90/1834 20 Jan 1834 N 1
Wateren, den 16 Januarij 1834 <Onleesbaar commentaar in koptekst>
Ofschoon ik van den Heer Direkteur der Kolonien het berigt heb bekomen, dat Willem Putman in 1816 geboren is, zoo heb ik echter op aanraden van UwedG. die heden morgen naar Veenhuizen is vertrokken, de eer UwEdG. bij deze in te zenden eenen brief van den Heer Luber van Amsterdam, over de loting van dien kweekeling, en voeg er bij, dat dezelve, ook naar het gevoelen zijner vorige pleegouders te Amsterdam, hetwelk hij zich herinnert dat hem vroeger geschreven is, niet in 1816 maar in 1815 geboren zoude zijn. Het inschrijvingsregister voor de loting der Nat. Mil. van de gemeente Diever zal niet voor den 23 dezer maand gesloten, en verzonden worden. Mogt het derhalve nog nader blijken, dat Putman nu en wel in deze gemeente loten moest, dan zoude het ons bijzonder aangenaam zijn, daarvan spoedig onderrigt te worden, op dat de jongeling niet als verzwegene wierde aangemerkt
Aan de Perm. Comm. Der Maatschappij van Weldadigheid.
193 ''UwEdGeb. gehoorz. Dien'' '' De Instituteur,'' ''J.H. van Wolda''
0186 - 154 - scan 309
Ingekomen brieven; 5 maart 1818 - 29 december 1847, archiefnummer 0186, inventarisnummer 154
Copie Amsterdam 11 Decemb. 1834
Mijn Heer!
Uw schrijven van den 6 dezer brengt mij, onder dankbetuiging voor uwe menigvuldige zorgen, tot een spoedig antwoord, daar de loting voor Putman zeer nadert. Het zou mij aangenaam zijn, zoo de inschrijving en loting door de Maatschappij geschiedde, immers zal dit niet vreemd zijn, daar er voorzeker meerdere lotelingen van Amsterdam bij u gevonden worden. Intusschen moet dit kunnen geschieden zonder dat Putman herwaards behoeft te komen: Wijders ben ik gelukkig genoeg geweest toezegging voor hoogstens f 450,- te hebben ontvangen, zoo deze som toereikende is voor het engageren van nummerwisselaar of remplacant, aan welke van beiden gij de voorrang geeft, en het best is voor uwen kweekeling. Mag ik mij in dezen andermaal op uwe hulpvaardigheid verlaten? Ontvang mijne verzekering van hoogachting, terwijl ik de eer heb te zijn
UEdv.d.
(get.) Luber.''
== 17 december 1834 == 0186 - 154 - scans 307-308
Wateren, den 17 December 1834 N 222 Copie Den Heere Directeur der Koloniën Verleden jaar wist men niet voor welke gemeente de kweekeling Putman loten moest. Sedert ben ik gewezen geworden, dat hij in dit opzigt gerekend moest worden te Amsterdam te huis te zijn. Laatst ontving ik van den Heer Luber het berigt, hoe men met die inschrijving, loting en verdere afdoening dien zaak verlangde gehandeld te zien, gelijk blijkt uit zijnen brief van den 11 dezer maand, waarvan ik de eer heb hierbij afschift over te leggen. Gaarne zoude ik van UwedG. weten, of de inschrijving dezes jongeling door de Perm. Comm. wordt bewerkstelligd, te meer vraag ik dit, omdat de Commissie verleden jaar blijkens haar schrijven, zelve niet wist, tot welke stadt of gemeente hij, ten aanzien der Nat. Mil behoorde. Voorts of men spoedig na de loting gewaar kan worden of een loteling al of niet dienstpligtig is, en eindelijk of een Amsterdammer in dezen omtrek een remplacant mag koopen,- daar er aan nummer verwisseling van Amsterdam, - met lotelingen wel niet te denken zal zijn. De Instituteur
/get.d/ J.H. van Wolda.''
0186 - 154 scan 299
No 2381 Frederiksoord, den 18 December 1834 10 jan 1835 N 4
Ik heb de eer UWEdG. hierbij toe te zenden afschrift eener missive van den Instituteur te Wateren, met eene bijlage, nopens de loting voor de Nationale Militie voor den kweekeling Putman en het remplaçeren van derzelven, indien hij mogt komen aan te loten, als welke zaken mij voorkomen geheel door UWEdG. met den uitbesteder van gen. jongeling zelven behooren te worden behandeld. De Directeur der Koloniën J. van Konijnenburg
Op aanschrijving van den heer staatsraad gouveneur van Noord Holland in dato 23 januarij 1835,
geroyeerd uithoofde hij betrekkelijke de nationale militie niet tot de stad Amsterdam behoord
https://archief.amsterdam/indexen/deeds/9853345a-8260-56a3-e053-b78...
0186 - 179 - scan 312
Amsterdam 17 januari 1837
Mijnheer!'
In antwoord op uwe missive, waarvoor ik u mijnen dank betuig, dient dat W. de Ruiter 7 mei 1818 geboren is, en alzoo thans in de Nationale Militie behoort te worden ingeschreven; bij de kennis aan uwer bereidvaardigheid, durf ik zulks gerust u aan te beveelen, met verzoek dit te Diever geschiede: van de loting zal ik dan wel tijding ontvangen, inmiddels verzoek ik, dat in tijds door u als voren maatregelen voor remplacement, des nodig, worden beraamd en uitgevoerd…. Putman is nog zeer onbedreven volgens getuigenis van Prof van Hall, in dat genen, wat men vrij handelen noemt, en geen wonder! Daar hij jong en steeds ondergeschikt was; gedraagt zich braaf en heeft zich de liefde van hen, die over hem gesteld zijn ten volle verworven, hij zal dus daar wel slagen, en misschien wordt dit eenmaal een hulpbron om ook W de R aan den gang te helpen. Intusschen beveel ik hem aan uwe zorgen en heb de eer met hoogachting Uw.Ed. DvDr Luber
0186 - 182 - scan 177
Amst 6 April 1837
Mijn Heer! Ik haast mij om Uwen brief van den 3e te beantwoorden. Het is jammer dat het bestuur van de Maats. van Weldadigheid zich zoo weinig gelijk blijft, van onder volstrekt gelijke omstandigheden in het vorige jaar W. Putman als loteling van de gemeente Diever te beschouwen, en thans bij schrijven aan ZE den Gouverneur van N.Holland W. de Ruiter als loteling voor Amsterdam optegeven, zonder dan nog ten minste bij U te zorgen, dat genoemde jongeling althans niet te Diever ook werd aangegeven. Wat ook tot zoodanige handelwijs aanleiding gegeve hebbe, den jongeling moet er niet onder lijden: en mijns bedunkens kan de gemeente Diever de R. reclameeren op grond van art. 56 Wet van 8 Jan. 1817. De R. heeft noch ouders, noch voogden, noch wettig aangestelden curator en.moest dus volgens dat art. worden ingeschreven waar hij 1 Jan. 1837 zijn domicilie gevestigd had. Ik ben te zeer van Uwe welwillendheid overtuigd dan dat ik U niet zou durven vergen om bij het gemeentebestuur van Diever den burgemeester beleefdelijk te verzoeken, dat ZEA. bij den Gouverneur van Drenthe aandringt op een schrijven aan den Gouverneur van N.Holland, waarbij laatstgenoemde op bovenst. art. de R. van de lijst der lotelingen voor Amst. royeert. Alles vereischt spoed en moet voor 1e Mei getermineerd zijn, zoo niet de Ruiter zal marcheren als contingent van Amsterdam; zoodra gij kunt en de zaak beslag heeft, zal eenig schrijven mij aangenaam zijn. Zijt intusschen van mijne hoogachting verzekerd en geloof mij . UWer DvDr Luber
0186 - 182 - scan 343
Gelijk het UwEdA. bekend is, heeft de kweekeling Willem de Ruiter voor deze gemeente geloot. Dat is geschied, zoo als voor 2 jaren zijn broeder Willem Putman ook, op grond van art. 56 der wet van 8 Jan. 1817, als hebbende deze beide jongelingen noch ouders, noch voogden, noch wettig aangestelden curator ergens in de wereld.Nu ontdek ik tot mijne bedroeving, dat deze jongeling tevens als loteling van Amsterdam is opgegeven, en hij alzoo, indien daaraan niet allerspoedigst het noodige gedaan worde, met 1 Mei voor genoemde plaats zal moeten uittrekken.Ik neem tenslotte de vrijheid UwEdA. beleefdelijk te verzoeken, den Hr. Gouverneur dezer provincie te willen schrijven, opdat de gemelde loteling door den Hr. Gouverneur van Noord-Holland, als loteling voor A. wordt geroyeerden overgelaten voor de gemeente Diever, waar dezelve op den 1 January jl aanwezig was, en waar hij reeds bijna 8 jaren geweest is. UwEdA. zal door hieraan al het mogelijke te doen, aan onderscheidene menschen eene gewigtige dienst bewijzen, terwijl ik met ware hoogachting de eer heb te zijn UwEd.... Dr Dn De Instituteur
0186 - 182 - 449
No: 78
Wateren, den 18 april 1837
Onder terugzending der daarbij in mijne handen gestelde stukken, heb ik de eer UwEdhr. ter voldoening aan de missieve van gisteren No: 863 te berichten 1. Dat ik op de 12 jan. Dr. Luber (Michaël Wilhelm Luber) gevraagd heb wanneer en voor welke gemeente de kweekeling Willem de Ruiter, ten aanzien der Nat. Militie, moest worden ingeschreven, en daarop ten antwoord gekregen den brief van den 17 deszelfde maand, die ik in origineele hierbij overleg. 2. Dat daarop de inschrijving is geschied en de loting gevolgd, die gelukkig voor hem is afgelopen daar de veronderstelde broeder dezes jongeling Willem Putman, omtrent wiens inschrijving ook met de Pers. Vorens was gecorrespondeerd, in 1835, voor deze gemeente was aangeloot. 3. Dat ik vervolgens, na ontdekt te hebben dat de Ruiter ook voor Amsterdam werd opgeroepen daar van kennis heb gegeven aan gemelde heer Luber. van Aan den Heer directeur der kolonien 435
Van welk schrijven ik echter geen minute heb, evenmin als dat van 12 jan en van den gunstige uitslag zijner loting en in antwoord heb gekregen de missieve van den 6 dezer maand die ook hierbij is gevoegd zowel als de minute van mijn brief aan den Hr. Burgemeester van Diever.
En dit is ook nagenoeg alles wat ik van de zaak weet en zeggen kan, doch mij dunkt, dat Putman en de Ruiter, in dit opzigt volkome gelijk staande, ook voor eene en dezelfde gemeente dienden te loten. Ik neem de vrijheid UwEdhr. vriendelijk te verzoeken aan de lotmaking van dezen de Ruiter te Amsterdam, het nodige te doen. De Instititeur
J.H. van Wolda
Contract opgezegd op 12-03-1838 :
Den 20 Maart 1838 ontslagen en dienst bij den boer, in de provincie Utrecht
https://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/genealogie/zoeken/deeds/15...
in 1838 boerenknecht te Darthuizen, was daar in 1841 nog.
=1842=
Transcriptie volledige tekst huwelijksakte:
5. Op heden den Sesde der maand October des jaar achttien hondert twee en veertig zijn voor ons Burgemeester Ambenaar Der burgelijken stand te Darthuizen in het huis der Gemeente verschenen ten einde een huwelijk aan te gaan Wilhelm Putman van beroep landbouwer oud ses en twintig jaaren gebooren te Amsterdam gewoond hebbende de Diever provincie Drenthe en thans alhier woonachtig meerderjarige zoon volgens geboorteakte van Jan Putman en Maria Berghuis Beroep en Woonplaats van beide onbekend ter eenre en Neeltje Gerth oud achtien Jaaren en omtrent ses maanden zonder beroep gebooren en woonende in dese Gemeente geen andere woonplaats gehad hebbende minderjarige dogter van George Peter Gerth van beroep jager en Willempje van Soest echtelieden beide alhier woonachtig en ter dese plaatse tegenwoordig tot het voltrekken van het in dese bedoelde huwelijk hunne toestemming gevende ter andere zijde, welke ons verzogt hebben tot het voltrekken van hun voorgenomen huwelijk over te gaan door den Heer Gouveneur der provincie Drenthe waaruit blijkt den zelve van Zijne verplichting ten aanzien der nationale militie voldaan heeft, de bruidegom verder door ons gevraagt zijnde naar het bewijs van toestemming zijner ouders ofte van der zelven overlijden heeft op grond van het artikel hondert agtentwintig van het burgelijken wetboek in onse handen de verklaaring afgelegt en beedigt in het bijweezen der verder genoemde getuigen dat hij zich zodanige akte en evenmin eene akte van bekendhied daaromtrent heeft kunnen verschaffen als zijnde hem zijn beide ouders hoezeer in zijn geboorte akte met naame uitgedrukt altijd en ten eenemale onbekend geweest hebbende beide afkondigingen daarvan alhier plaats gehad op den vijf en twintigste september en tweede deser maand october waarna wij hun in het openbaar hebben afgevraagt of zij elkander aanneemen tot echtgenooten en getrouwelijk alle de pligten zullen vervullen welke door de wet aan de huwelijken staat verbonden zijn het welk uitdrukkelijk door hun met ja beantwoord zijnde, hebben wij in naam der Wet uitspraak gedaan dat zij voor den echte aan elkander verbonden zijn in tegenwoordigheid van Cornelis van den Bergh van beroep tuinman oud sevenenveertig jaaren Nicolaas van Vulpen van beroep Koornmolenaar oud agt en dertig jaaren, Willem Knoppers van beroep tuinman oud vijf en dertig jaaren en Willem de Ruiter van beroep landbouwer oud vier en twintig jaaren alle hier woonachtig de drie eerst genoemde geen bloedverwanten de laatstgenoemde de behuwde broeder der bruid zijnde, en is hiervan door ons opgemaakt deeze akte welke naar voorleezing aan de comparanten en getuigen door de zelven en ons is onderteekend.
Willem Putman
Bron Burgerlijke stand - Huwelijk Archieflocatie Het Utrechts Archief Algemeen Toegangnr: 481 Inventarisnr: 827 Gemeente: Darthuizen Soort akte: Huwelijksakte Aktenummer: 5 Datum: 06-10-1842 Bruidegom Wilhelm Putman Leeftijd: 26 Geboorteplaats: Amsterdam Bruid Neeltje Gerth Leeftijd: 18 Geboorteplaats: Darthuizen Vader bruidegom Jan Putman Moeder bruidegom Maria Berghuis Vader bruid Georg Peter Gerth Moeder bruid Willempje van Soest
--------------------------------
http://www.drentsarchief.nl/onderzoeken/archiefstukken?mivast=34&mi... scan 10 : Bevolking van kolonie N1 blz. 8 nos der woningen 22 godsdienst Luthers Datum der designatie 13 april 1821, wijze van designatie B. Bij kontrakt met M.W. Luber a f 960 eens (L E nr 13) Datum van de AANKOMST in de KOLONIËN 16 april 1821 kolonist
Zou hij Wilhelm Putman een zoon kunnen zijn van Wilhelmine Charlotte Eleonore von König?? en Wouter Hendrik van Nellesteijn (Wouter Hendrik van Nellesteyn). De naam van een dochter van Wilhelm Putman is namelijk Eleonora Catharina ....of van de vader van de eerste vrouw van W.H. van Nellesteijn Maria Charlotta von König (Maria Charlotta von König) enige dochter van deze schatrijk geworden door het ontduiken van het Continentale stelsel van Napoleon Duitse koopman/bankier in Amsterdam Wilhelm von König bekend als Willem König en Willem König en Comp.? (William Konig) Hij had zijn bedrijf op de Cloveniersburgwas 21 (103 huidige nummer) tegenover het oude mannenhuis, daarvoor op de Prinsengracht. Hij woonde bij zijn overlijden op Schoonoord aan het het Gein in de toenmalige gemeente Weespercarspel (Weesperkarspel). Kloveniersburgwal 103 ligt overigens recht tegenover Oude manhuispoort.
Volgens de verhalen in de familie was er nog een bastaard uit Amsterdam n.l. Willem de Ruiter (Willem de Ruiter) ook hij zou een adellijke moeder hebben. De twee "moeders" kwamen hun zonen af en toe bekijken op de lagere school in Leersum volgens het familieverhaal. De twee "bastaarden" zijn met 2 zussen getrouwd. N.l. Neeltje en Klazina Gerth, die met hun ouders in het Zwitserse Huis van de heer van Nellesteijn op de Darthuizerberg woonden en daar een uitspanning runden. Hun vader George Pieter Gerth (George Pieter Gerth) was eerst dienstbode en daarna jager en ongeveer een halve eeuw in dienst bij de familie van Nellesteijn (bron artikel in krant naar aanleiding van het plotselinge overlijden van hun vader op 63 jarige leeftijd.
Het Zwitserse huis werd ook wel berghuis genoemd. De moeder van deze Wilhelm Putman zou Maria Berghuijs heten. Over haar is niets terug te vinden.
Gerbrand Elias de echtgenoot van Henrietta Everarda Hillegonda van Nellesteijn blijkt drie ongetrouwde zusters te hebben die woonden in Amsterdam aan de Herengracht 528 (nummering jaar 1937) en die een buitenhuis kochten in 1830 in Driebergen én een broer Pieter Pieterszoon Elias te hebben Pieter Pieterszoon Elias die getrouwd was met respectievelijk Susanne Isabelle Hoeufft en Susanna Catharina Six.
Zou één van deze zussen of Susanna Catharina Six de moeder van één of beide Willems (Willem de Ruiter?) kunnen zijn?
Zussen van Gerbrand Elias ook wel de 5 boeken Mozes genoemd:
Startpunt de zusters “De Vijf Boeken Mozes” https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB06:000001909:00297
Geef als zoekterm in boek: Nellesteyn: https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB06:000001909:00300
* Buitenplaats Den Eng Driebergen https://www.buitenplaatseninnederland.nl/driebergen-engh,-de.html
https://www.zoekintranscripties.nl/zoeken/scan?query=%22gerbrand%20...
27 Stukken betreffende genealogisch onderzoek naar de geslachten Bos, Van Dijk, Van der Grift, De Kruijf, Van Pelt, Putman, Schuilenburg, Van Spanje, Takken,Verhagen, z.j. bron : http://www.rhczuidoostutrecht.nl/PDF/T00094.pdf Inventaris van de collectie van de Stichting Oud-Leersum en omstreken, 1873-2007 H.J. Postema Maart 2016; editie mei 2016 - Aanwijzingen voor de gebruiker Stukken uit dit archief kunnen worden aangevraagd door vermelding van de naam van het archief en het archiefbeheersnummer tussen ronde haken: - Stichting Oud-Leersum en omstreken, 1873-2007 (94); - het of (de) inventarisnummer(s) van de stukken.
1816 |
January 11, 1816
|
Oude Manhuispoort 12, Amsterdam, North Holland, Netherlands
|
|
1843 |
March 22, 1843
|
Doorn, The Netherlands
|
|
1845 |
November 18, 1845
|
Doorn, The Netherlands
|
|
1849 |
January 12, 1849
|
Doorn, The Netherlands
|
|
1852 |
November 12, 1852
|
Leersum, Utrechtse Heuvelrug, Utrecht, Netherlands
|
|
1856 |
March 6, 1856
|
Leersum, The Netherlands
|
|
1859 |
August 24, 1859
|
Leersum, Netherlands
|
|
1884 |
April 5, 1884
Age 68
|
Leersum, The Netherlands
|