
Het gereformeerd Piëtisme was een vroomheidsbeweging binnen de Nederlandse Gereformeerde Kerk in de zeventiende en achttiende eeuw. Gereformeerde piëtisten streefden naar het bevorderen van een ‘vrome levenswandel’ op alle levensterreinen.
De ‘Nadere Reformatie’ was een actieve beweging om dit doel door samenwerking te bereiken. Typerend was hun gewoonte om een ‘reformatieprogramma’ op te stellen of daarbij aan te sluiten. Bekende vertegenwoordigers waren Willem Teellinck, Gisbertus Voetius en Jodocus van Lodenstein. Het gereformeerd Piëtisme is verwant aan het Engelse Puritanisme en de voorreformatorische devotie.
Belangrijke figuren in de Nadere Reformatie
- William Ames, a.k.a. Guilelmus Amesius (1576-1633)
- Nicolaus Barenzonius
- Otto Belcampius (1616-1685)
- Leonardus Blom
- Johannes Boekholt
- Justus van den Bogaart
- Jacobus Borstius (1612-1680)
- Theodorus à Brakel (1608-1669)
- Wilhelmus à Brakel (1635-1711)
- Sixtus Brunsvelt
- Rijkje Bubbezon (1708-1789)
- Willem Clerck
- Adrianus Cocquius
- Alexander Comrie (1706-1774)
- Florentius Costerus ( -1703)
- Johannes Costerus
- Abraham Cuylenburg
- Johannes van Dorth
- Andreas Essenius (1618-1677)
- Wilhelmus Eversdijk
- Aegidius Francken (1676-1743)
- Henricus de Frein
- Jacobus Fruytier (1659-1731)
- Cornelis Gentman
- Theodorus van der Groe (1705-1784)
- Meinhard Thomas Hamrich
- Abraham Hellenbroek (1658-1731)
- Johannes van Heyst
- Adrianus Hofferus
- Laurentius Homma
- Jacobus Hondius (1629-1691)
- Isaacus Horenbekius (1655-1727)
- Johannes Hoornbeeck (1617-1666)
- Josias van den Houte (1582-1623)
- Philippus Koeller
- Jacobus Koelman (1631-1695)
- Friedrich Adolph Lampe (1683-1729)
- Thaddeus de Lantman
- Abraham van Laren (1633-1679)
- Daniel van Laren (1585-na1665)
- Joos van Laren sr. (1563-1618)
- Joos van Laren jr. (1586-1653)
- Jacobus Leydekker
- Melchior Leydekker
- Jodocus van Lodenstein (1620-1677)
- Adriaan van Loo
- Carolus de Maets
- Johannes Martinus
- Paulus Mensonis
- David Montanus
- Cornelis van Niel
- Simon Oomius (1630-1706)
- Arnoldus Oortcampius
- Peter Plancius
- Johannes Quintius
- Georgius de Raad
- Franciscus Ridderus (1620-1683)
- Guiljelmus Saldenus (1627-1694)
- Wilhelmus Schortinghuis (1700-1750)
- Meinardus Schotanus (1593-1644)
- Anna Maria van Schurman (1607-1678)
- Johan Godschalk van Schurman (1605-1664)
- Everhardus Schuttenius
- Gerardus van Schuylenburg (1681-1770)
- Simon Simonides (1629-1664)
- Rippertus Sixtus
- Willem Sluiter (1627-1673)
- Bernardus Smytegelt (1665-1739)
- Pieter Smytegelt
- Johannes Spiljardus
- Michael Spranger
- Johannes de Swaef
- Jean Taffin (1529-1602)
- Eeuwout Teellinck (1573-1629)
- Johannes Teellinck (1608-1674)
- Maximiliaan Teellinck (1606-1653)
- Theodorus Teellinck ( -1660)
- Willem Teellinck (1579-1629)
- Johannes Thilenus
- Sicco Tjaden
- Carolus Tuinman
- Godefridus Cornelisz Udemans (1582-1649)
- Hendrik Uylenbroek
- Abraham van de Velde
- Henricus Velthusius
- Cornelius van Velzen (1696-1752)
- Johannes Verschuir (1680-1737)
- Gisbertus Voetius (1589-1676)
- Simon de Vries
- Frederick de Vry
- Hermanus Witsius (1636-1708)
- Petrus de Witte
- Petrus Wittewrongel (1609-1662)