Gedoopt op 02/11/1712 te Heffen (Heindonk) met getuigen voor 7de zoon als peter: Guilielmus Goossens nomine prenobilis Domini Guilielmi Francisci Gielis Hujoel magni consili regii senatoris

• Guilielmus Goossens in naam van edele Heer Guilielmus Franciscus Gielis Hujoel ondervoorzitter van de Grote Raad te Mechelen; hij leek afkomstig te zijn van Brugge. Zijn wapenschild prijkte vroeger in een glasraam van de Sint-Janskerk (R. Van de Eynde & Cuypers d'Alsingen, Provincie, Stad ende District van Mechelen opgehelderd..., Deel I, pag. 369) Bron: Jan Franciscus de Coninck
• meter:Elisabeth De Coninck (zeer waarschijnljk familie van de vermelde bron, °27/07/1655 te Heindonk en de jongere zus van de grootmoeder Anna De Coninck en bijgevolg een groottante)

Voor verdere gegevens omtrent deze persoon (huwelijken, afstammelingen, ...) verwijzen we naar volgend betrouwbaar en volledig profiel op Geneanet:
https://gw.geneanet.org/glenny?n=de+boeck&oc=&p=guilielmus

De familie Gillis-Hujoel in Heindonk

In het midden van de 17de eeuw komt het laathof in de handen van een zekere Otto de Haze. Na hem volgde de periode van de familie Gillis-Hujoel waarvan heel wat leden in Heindonk gewoond hebben, meer bepaald in de hoeve Kaecxbergh. Als eerste Gillis-Hujoel vermelden de archieven van 1681 een Erasmus. Hij was een gewezen infanterie-kapitein die door de Spaanse koningin-regentes, Maria Anna van Oostenrijk, in 1674 in de adelstand verheven werd. Na diens dood was zijn vrouw Joanna Kerremans enige tijd vrouwe van Borggravenbroeck. Joanna werd opgevolgd door haar zoon Guilliam, raad- en rekenmeester van de Rekenkamer van Zijne Majesteit, en in 1708 door diens zoon Guilielmus Josephus Gillis-Hujoel. In 1721 wordt Pieter vermeld als heer van het laathof en in 1733 Frans Gillis-Hujoel, ridder en heer van Spornoy, tevens raadsheer van de Keizerlijke Soevereine Raad van Brabant. Bron: De geschiedenis van Heyndonck door Fons Verbeeck, pag. 75