Hendrik van Steenwijck van Oric

public profile

Is your surname van Steenwijck?

Connect to 62 van Steenwijck profiles on Geni

Hendrik van Steenwijck van Oric's Geni Profile

Share your family tree and photos with the people you know and love

  • Build your family tree online
  • Share photos and videos
  • Smart Matching™ technology
  • Free!

About Hendrik van Steenwijck van Oric

200723 Parenteel van Otto van Ruinen http://dorpshistorie.nl/OttovanRuinen.html#p2987

.

1.2.1.4.1 Ru11.13.11.14.11 Hendrik van Steenwijck is geboren omstreeks 1180, zoon van [waarschijnlijk] Ru11.13.11.14a Hendrik I (de Crane) van Kuinre en [waarschijnlijk] Ru11.13.11.14 NN van Sepperothe (zie 1.2.1.4). Hendrik is overleden vóór 1218, ten hoogste 38 jaar oud. Notitie bij Hendrik: Ook vermeld als Hendrik van Oric. Vermeld in een oorkonde van 1206 als getuige, samen met Johan van Vollenhove, Wolter van Coevorden, de broers Menzo en Roelof van Peize, Arnold van Ruinen, Otto van de Polle, Hugo Sturm (Calthorne bij Diever), Gerard Lewe, Hugo Donker, de broers Egbert en Menso van Groningen, Wicher Lapinch, Rudolf, Hendrik van Norch, Walter Radink, schulte Bartold (van Eelde), Gelmer van Ide, Werenzoon van Bunne, Egbert van Hof, Otto van Ruinen en Jacob ter A. Overige vermeldingen; Vermeld staat een Heinricus Oric in een oorkonde van omstreeks 1219 uit het Donaugebied. In een oorkonde van omstreeks 1220 uit dezelfde streek, waarin veel dezelfde getuigen voorkomen, wordt vermeld een Heinrich nagelle. In een derde oorkonde, ook uit 1220 staat vermeld Nagillin als plaatsaanduiding. De vermelde personen kunnen eventueel gelezen worden als Hendrik van Urk en Hendrik van Nagele en zijn dan waarschijnlijk één en dezelfde persoon. Nagele was omstreeks die tijd de havenplaats van het gebied Urk. De oorkonden staan vermeld in de Monumenta Boica, volumen primum, monumenta Garsensia, codex traditionum op blz 45 en 46. De hoofdpersoon in de eerst vermelde oorkonde is ridder Wernher van Berg, die voor het zieleheil van zijn vrouw Gertrudis 13 solidi schenkt aan de kerk/klooster van Garzense. (Garst of Carsten onder Passau) (Vrije vertaling, er kan wat anders bedoeld zijn) De heren van Berg hadden belangen in dit gebied. In een oorkonde van 1150 ontneemt de hertog van Beieren, op verzoek van zijn broer Koenraad, bisschop van Passau, Adelbert van Berg de voogdij van St Pölten en geeft hem hier andere goederen voor terug. (Urkundenbuch des Landes ob der Enns volume 2; 777-1189) Als getuigen in de oorkonden van 1219/1220 worden behalve Werner van Berg en Hendrik van Oric/Nagele nog heren van Tanne, van Aich, van Gibinge, Perkheim, Chazbach, genoemd, allen uit het gebied Passau. De oorkonde zal dus waarschijnlijk in dat gebied zijn opgemaakt. In "Ostereichischer"Geschichtsforscher"1841 staat een artikel van Viktor Freiherr Handel-Mazzetti over "Uber die Vögte von Perg" , en hieruit mogen we opmaken dat de hierboven vermelde Adelbert van Berg tot de familie Perg behoort. Onduidelijke naamsvermelding in oorkonden kunnen tot verwarring leiden. Uit andere stukken blijkt dat de naam Nageli als familienaam ook in het bisdom Passau voorkomt. We mogen dan ook aannemen dat Hendrik van Oric een verschrijving is in deze oorkonden en dat er geen banden bestaan tussen het gebied Urk en het gebied Passau.

Hendrik trouwde met Ru11.13.11.14.11a Evese van Oosterwolde. Evese is geboren omstreeks 1180. Notitie bij Evese: In een oorkonde van 1218 vermeld als weduwe van Ostwalt. Ds. J W Schaap zegt in zijn artikel over het adellijke geslacht Reding, gepubliceerd in 1966, dat met Ostwalt Oosterwolde wordt bedoeld.

Kinderen van Hendrik en Evese: 1 [waarschijnlijk] Ghiselbertus van Steenwijck [1.2.1.4.1.1]. Notitie bij Ghiselbertus: In een oorkonde van 1218 staan als voogden van de zoon van Nicolaas en Ida vermeld: Ghiselbertus, Hugo Dunker, Hermannus Clince en Rodulfus Rocke. Deze personen zijn dus verwanten van beide, waarschijnlijk broers van beide of van beide ouders. Op basis van de vermelde volgorde zijn Gijsbert en Hugo een van Steenwijck en Herman en Rudolf van dezelfde familie als Ida. 2 [waarschijnlijk] Hugo Dunker van Steenwijck [1.2.1.4.1.2]. Notitie bij Hugo: In een oorkonde van 1218 staan als voogden van de zoon van Nicolaas en Ida vermeld: Ghiselbertus, Hugo Dunker, Hermannus Clince en Rodulfus Rocke. Deze personen zijn dus verwanten van beide, waarschijnlijk broers van beide of van beide ouders. Op basis van de vermelde volgorde zijn Gijsbert en Hugo een van Steenwijck en Herman en Rudolf van dezelfde familie als Ida. 3 [waarschijnlijk] Ru11.13.11.14.11.13 Coenraet van den Goere van Steenwijck, geboren omstreeks 1200. Volgt 1.2.1.4.1.3. 4 [waarschijnlijk] Ru11.13.11.14.11.14 Nicolaas van Steenwijck, geboren omstreeks 1200. Volgt 1.2.1.4.1.4. 5 [misschien] Reinerius van Orio (Oric) [1.2.1.4.1.5], geboren omstreeks 1220. Reinerius is overleden na 1280, minstens 60 jaar oud. Notitie bij Reinerius: Uit: Het bisdom Utrecht en het graafschap Holland onder kerkelijke ban (1280-1283) G H M Delprat; Naar onuitgegeven bescheiden berustend in het rijksarchief. Vermeld in het najaar van 1275 als praepositus clavarii collectorum decimarum, (busbewaarder van de inzamelaars der tienden) over de aartsbisdommem Keulen, Maagdenburg, Bremen en de Pommerse diocese Kamin. Krachtens een pauselijke lastbrief was deze hoge kerkambtenaar mede belast met de invordering der tienden in ons land. Uit het bewaard gebleven register blijkt dat hij de tienden inde over de archidiaconaten Oldenzaal, van Deventer, van Emmerik, waaronder de abdij Elten; over de decanaten van Zuid Holland, van Tiel, van Kennemerland, van Zuid Beveland, van de Betuwe, van de Schelde, van Noord Holland, van Sommerland waaronder Oost Voorne, Niland en Sommerland met West Voorne, over het kapittel van Zutfen, de proosdij van Sint Pieter, van de Domkerk, van St Salvator, van St Marie, van St Jan, over het monasterium St Pauli, de abt van Oostbroek, de grootste proosdij bij Utrecht, de abdij van Middelburg, Drenthe en over het choorepiscopaat, waaronder Benscoep en Judifaas (Jutfaas). Uit Friesland en Groningen worden geen opgaven vermeld. Hij is mogelijk een verwant van Coenraad van Oric. Hij is hier vermeld om hem in beeld te houden. Oorkonde nr. 1836 Sticht Utrecht dd 24 september 1276; Reynerius de Orio, door de paus tot collector der tienden benoemd in de provincieen Keulen enz.; bepaalt het bedrag er van voor de vijf kapittelen en de abdij van St Paulus te Utrecht, op aanwijzing van de elect Jan en de aartsdiaken Engelbert van Luik, op 200 ponden goede Stichtse penningen. 28 februari 1277; Paus Johannes XXI stelt Reinier de Orio, proost te Chiavasso, aan tot collecteur der tienden van het Heilige Land in de kerkprovincieen Keulen, Bremen en Maagdenburg en in het bisdom Kamin. 5 mei 1280: Reynerus de Orio, pauselijk collecteur, ontslaat de elect Jan van het banvonnis, hem opgelegd wegens het inhouden van tiendgelden.