Jacob Oost

Bevolkingsregister van de Maatschappij van Weldadigheid

Jacob Oost, geboren op 10-12-1894; plaats van herkomst: Vledder; godsdienst: herv.; aangekomen op 08-06-1906; ingeschreven in Wilhelminaoord als kolonistenzoon; vertrokken op 22-06-1915.

Ingeschreven als wonende op hoeve: 147 (inv.nr. 3012).

Bijzonderheden:

Op 22-06-1915 als brugwachter naar Uitwellingerga.

Bevolkingsregister van de Maatschappij van Weldadigheid

Jacob Oost, geboren op 10-12-1894; plaats van herkomst: Vledder; godsdienst: herv.; aangekomen op 08-06-1906; ingeschreven in Wilhelminaoord als kolonistenzoon; vertrokken op 22-06-1915. Ingeschreven als wonende op hoeve: 147 (inv.nr. 3012).

Bijzonderheden: Op 22-06-1915 als brugwachter naar Uitwellingerga.

Uit "Vledder in de 2e wereldoorlog" van L. Lambregts in hoofdstuk Het verzet. Slechter verging het op die 3e januari 1945, de spoorwegman Jacobus Oost die zat ondergedoken in het huis van zijn zuster aan de Oranjelaan in Wilhelminaoord. Jacobus, geboren in Vledder op 11 december 1894 was lid van de Landelijke Organisatie voor hulp aan Onderduikers in Markelo. Hij werkte bij de Nederlandse Spoorwegen. Toen op 17 september 1944 de grote spoorwegstaking moest hij onderduiken. Hij reisde af naar zijn geboortedorp en vond onderdak bij één van zijn zusters, Kleisje Postma-Oost en haar man. Ook in Wilhelminaoord raakte Jacobus Oost al spoedig verwikkeld in illegale activiteiten, toen hij in contact kwam met ondergrondse werkers in Noordwolde. Op 3 januari 1945 werd de woning van de familie Postma omsingeld door manschappen van de Sicherheitsdienst uit Heerenveen. Mevrouw Postma en haar man waren niet thuis en Jacobus bevond zich in een kamertje op de zolder. De leden van de arrestatieploeg maakten eerst rond het huis veel lawaai en trokken zich daarna wat terug in de hoop dat Jacobus zich bloot zou geven. Na korte tijd keek deze even door het dakraam van zijn schuilplaats en daarmee was zijn lot bezegeld. De SD'ers haalden een ladder uit de naast de woning gelegen smederij en drongen het huis binnen via een bovenraam. Korte tijd later zag buurman Verhagen, die kort daarvoor met Jacobus had gesproken, hoe zijn tijdelijke buurman de arrestantenwagen werd ingeranseld. Jacobus Oost heeft tijdens zijn verhoren in Heerenveen, de daar gebruikelijke martelingen moeten ondergaan. Het steken van spelden onder zijn nagels en zelfs het afrukken daarvan doorstond hij zonder ook maar één naam van zijn medestrijders prijs te geven. Via de concentratiekampen in Amersfoort en Neuengamme kwam hij in Sandborstel terecht, waar hij is overleden. Zijn stoffelijke resten zijn in december 1966 overgebracht naar het Ereveld te Loenen en daar bijgezet. De naam van Jacobus Oost staat niet vermeld op de gedenksteen op de Brink. De commissie die de op de gedenkplaat te vermelden namen heeft verzameld heeft zich, bij gebrek an beter, in hoofdzaak moeten baseren op de ten gemeentehuize geregistreerde arrestaties binnen de gemeente en op berichten van overlijden. De naam van Jacobus Oost komt in die registratie niet voor.