Johan II van Broeckhuysen

Johann VAN BROECKHUYSEN, (sen) , erw. 1314-1321. Herr von Broeckhuizen.

van Broeckhuysen - van Swalmen - van Oest, Hans Karl König, 2013

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Op 6 juli 1321 is Johan van Bruchusen medezegelaar bij het in leen opdragen door zijn broer Siger van Bruchusen van zijn huis ther Gonne bij Swolgen met 20 morgen land aan de edelheer van Heinsberg. Op 1 november 1321 draagt Sijger van Barle de heer van Heinsberg, de 30 morgen land in leen op aan de heer van Heinsberg. Medezegelaars zijn Johan heer te Bruchusen en Siger van Bruchusen, zijn broer.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Johan van Broeckhuijsen, ridder in 1275,

Johan heer van Brouckhusen, ridder - zoon van heer Willem, ridder, 1275, volgens de Cleefsche archieven vasal van den graaf van Cleve in 1284 - is getuige van Reinalt of Reinoud I, zoon van genoemden graaf Otto, als deze ten jare 1318 aan de stad Harderwijk privilegiën schonk (SLICHTENHORST, a. v, I 14), en eveneens als hij die van Zutphen in 1324 vernieuwde (ibid). In Prometheus deel XVIII, kwartierstaat van der tas-Einthoven pag. 309, wordt als echtgenote Sophie van Loe opgevoerd. Vader: Willem van Broeckhuijsen.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Johann (Jean) de toernooiridder te Compiègne was die tussen 1138 met het wapen van Broeckhuizen beschreven werd als de Castelijn van Douai en mogelijk met een dochter van aldaar was gehuwd.

Allard van Antoing was met Ida de erfdochter Gerard III Burggraaf (Castelijn) van Douai gehuwd en haar vader was voor 1238 overleden, waardoor Johan mogelijk de functie van Burggraaf van Douai heeft verkregen cq overgenomen.