Johanna Geertruida Lubout

Tijdens de oorlog waren Louis en & Johanna Geertrui Lubout lid van een groep leraren die een ondergrondse organisatie oprichtten. Ze waren voornamelijk betrokken bij het verbergen van Joden en het vinden van schuilplaatsen voor andere voortvluchtigen. De groep was ook actief in het vervalsen van identiteitskaarten en het verkrijgen van voedselbonnen, zelfs als dit betekende dat het de distributiekantoren beroofde. De groep publiceerde en verspreidde ook illegale kranten en was betrokken bij het illegaal transporteren van wapens. Tussen 1942 en 1945 hebben Lodewijk en Johanna Weerheijm verschillende Joden in hun huis verstopt. Ze vonden ook geschikte schuilplaatsen in en rond Den Haag voor vele anderen. Ze voorzagen al hun afdelingen van geld- en rantsoenkaarten. Naast dit, was het paar actief in het verspreiden van illegale kranten en wapens, het smeden van identiteitskaarten en het verdelen van voedsel aan ongeveer 300 Joden die in hun gebied verborgen waren. Wim Polak en zijn vrouw, Bea, (geboren Biet) behoorden tot degenen die langer bij de Weerheijms verbleven nadat ze op een aantal andere adressen waren verstopt. De Weerheijms hebben Wim ook geholpen om schuilplaatsen te vinden voor verschillende familieleden en vrienden. Geen van de mensen die zich schuilhielden bij de Weerheijms waren verplicht om te betalen voor hun onderhoud. Velen vonden echter dat het correct was om dat te doen en gaven hun dappere gastheren een bijdrage. Tijdens de oorlog namen Lodewijk en Johanna ook Isidoor Cornelis Spitz mee naar huis. Zijn ouders en broer waren gedeporteerd en hij voelde zich een deel van de familie Weerheijm. Op 29 augustus 1982 erkende Yad Vashem Louis Hendrik Weerheijm en zijn vrouw, Johanna Geertrui Weerheijm-Lubout, als Rechtvaardige onder de Volkeren.

• The Righteous Among The Nations