Historical records matching Johannes Adrianus Harten
Immediate Family
-
wife
-
daughter
-
daughter
-
daughter
-
daughter
-
wife
-
father
-
mother
About Johannes Adrianus Harten
Johannes Adrianus (Johan) HARTEN
Johan vertrok op 20 januari 1876 naar Nederlandsch Indië en vestigde zich in Poerbolinggo (Oost-Java). Daar vond hij werk op een theeplantage, waar hij enige jaren bleef en zijn twee jongere broers in 1878 opving.
Daarna is hij naar Sumatra gegaan waar hij rond 1880 te Indrapoera, afdeling Painan, gelegen aan de Westkust van Sumatra, werk vond en de meeste kinderen van hem en Sapen ter wereld kwamen.
Op 25 september 1890 laat Johan een (uitgebreide) Speciale Volmacht bij Notaris Jan Antoine Kluyt te Padang opstellen waarin hij zijn broer Wouter Pieter Harten Sr., gezagvoerder bij de Stoomvaart Maatschappij Nederland, wonende te Haarlem tot “zijne bizondere gemachtigde” aanstelt. Uitvoerig worden op 6 pagina’s de taken van het voogdschap over zijn kinderen beschreven en de machtigingen tot financiële handelingen.
Eind 1891 zit Johan in financiële moeilijkheden. Buiten zijn schuld heeft hij zijn betrekking verloren, die hij met goede reverenties in Deli, Asahan op een tabaksplantage en met een goed traktement had aan genomen. Door mislukking van de oogsten op Oost-Sumatra werd hij ontslagen. Johan verkeert in geldnood en kan het kostgeld aan de fam. Roskes te Doesburg voor zijn zonen Hendrik en Herman niet betalen, die in Holland in een kosthuis zitten. Hij vraagt zijn broer Wouter de kinderen in huis te nemen, maar deze weigert en zegt het onverstandig te vinden dat hij zijn zonen naar Holland heeft gestuurd. Nu vraagt Johan of Wouter ze niet bij een of andere goedkope inrichting bv. op de Kweekschool of in Kampen kan onderbrengen. (Zijn broer Wouter schrijft in een brief aan zijn vrouw dat Johan wel gek lijkt om te veronderstellen dat op de Kweekschool of in Kampen zomaar kinderen opgenomen worden van 9 en 11 jaar oud. Wouter stelt zich garant bij Roskes voor f. 100,-. Hij schrijft aan de Mij. Nederland om van de passage voor de twee neefjes “af te komen”, want er wordt besloten dat ze naar Indië terug zullen gaan. Bovendien vraagt Wouter zich af waar al het spaargeld van Johan is gebleven.)
Johan heeft zijn vrouw Sapen en de andere kinderen naar Semarang gebracht. Hij heeft nu geen werk en woont in Kapahiang aan de Oostkust van Sumatra ter hoogte van Palembang in een bamboe huisje dat niet geëigend is voor het gure klimaat dat daar heerst. Gelukkig heeft Wouter hem aanbevelingsbrieven van Hr. J. Boissevain, Directeur der Stoomvaart Maatschappij Nederland toegestuurd. In januari 1892 is er nog geen verandering in zijn situatie gekomen en vraagt hij aan Wouter om hem f. 600,-- tegen 6% te lenen. In december van dat jaar woont hij in Tebing Tinggi op Oost-Sumatra iets ten zuiden van Medan. Een nieuwe slag treft hem als in oktober van dat jaar Sapen overlijdt. Zijn beide oudste zonen zullen naar Indië terugkomen.
Het ss. "Prinses Amalia" vertrekt op 13 februari 1892 van Amsterdam naar Batavia. In IJmuiden brengt Wouter Jr. zijn neefjes aan boord. Dit is op de verjaardag van hun oom Wouter die Kapitein op dit schip was en in dat jaar Directeur van het Zeemanshuis in Amsterdam werd.
In 1898 zijn Johans levensomstandigheden sterk verbeterd. Zijn oudste zoon Herman gaat naar de Kweekschool voor de Zeevaart in Amsterdam en zelf gaat hij op verlof naar Holland. Van Amsterdam uit maakt hij samen met zijn zoon Herman en neefje Wouter een reis naar de Harz en naar familie in Berlijn. Hendrik, Annie, Neeltje en Koos zijn weer bij de fam. Roskes in Doesburg in de kost. Henk legt in december van dat jaar het toelatingsexamen af voor de Machinistenschool in Amsterdam. Johan gaat bij deze gelegenheid weer naar een notaris. Hij laat op 1 november van dat jaar notaris Adrianus Lodewijk Drost Dionysiuszoon te Amsterdam nogmaals vastleggen dat hij zijn broer Wouter Pieter Harten Sr., directeur van het Zeemanshuis te Amsterdam, benoemt tot voogd van zijn minderjarige kinderen, alsmede tot Executeur van zijn uiterste wilsbeschikkingen, bezorger van zijn begrafenis en beredder van zijn nalatenschap. Per s.s. “Godavery” reist hij via Singapore terug naar Indië. In Batavia wordt hij ziek maar na enige tijd kan hij via Bandoeng en Djokja naar Soerabaja reizen waar hij dan woont en een Makelaars Kantoor heeft opgezet en dat hem wat meer voorspoed brengt. In 1903 zijn de dochters in Zeist en Leiden ondergebracht. Toch klaagt zijn broer Wouter in een brief van dat jaar aan zijn vrouw Willy weer eens over de slechte betaling van Johan: “Johan heeft weer eens geen geld gestuurd, hoewel die schreef dat hij 2 September f. 500,- telegrafisch had overgemaakt. Johan wist toch dat begin september het pension in Leiden moest worden betaald, f. 276 naar Zeist, een kwartaal schoolgeld voor Annie en 4 maanden schoolgeld voor Neeltje en een kwartaal schoolgeld voor Koos. Het pension voor Annie en Koos kost iedere maand f. 85,- “.
In het huishoudboekje van Wouter staan over 1906 de volgende posten van inkomsten: van Koos: 11 maanden à f.50,- =f. 550,- en van af september bovendien van Willy en Maria: 4 maanden à f. 75,- = f.300,- en in December ook nog Annie en Neeltje f. 55,-. Over 1907: Koos tot Juli f. 300,- en Marie 3 mnd f. 125,-. De kinderen van zijn broer Johan verblijven dus ook in wisselend aantal tegen kostgeld bij hun oom in Amsterdam.
In de jaren rond 1908 gaat het financieel beter met Johan. In maart 1907 hertrouwt Johan met Mas Adjeng Sadina (Dien of Dina genoemd).
Dat het Johan nu voor de wind gaat blijkt o.a. uit zijn edelmoedigheid als zijn broer Wouter in 1912 sterft. Dan schrijft hij aan Willy dat zij maar een streep door de rekening courant moet halen. Met andere woorden: “wat er rest van deze rekening mag ze houden”.
Het laatste briefje van Johan aan zijn broer Wouter, die enige maanden later zal overlijden.
In 1913 lezen we in een brief van Wout Jr aan zijn moeder dat Oom Johan weer terug gaat naar Holland. Johan brengt dan ook de laatste jaren van zijn leven samen met Dina in Den Haag door. Op 4 augustus 1919 gaat hij daar in de Mariastraat 22 wonen en op 29 augustus 1921 verhuist hij naar de Carpentierstraat 12 om op 20 november 1923 in Stompwijk op Westvlietweg 66e (later is dit Westvlietweg 166 te Leidschendam) te gaan wonen.
In augustus 1919 vertrekken Johan en Dina voor enkele maanden naar hun zoon Hendrik in Brazilië, die in Pernambuco op een suikerplantage werkt. Op 26 oktober 1922 reizen zij voor de laatste keer naar Indië om op 20 november 1923 uit Malang terug te keren.
In 1925 loopt er nog een kort geding tussen J.A. Harten en de heer Reinier D. Verbeek tegen de benoeming van de heer A.M. van Oostveen tot directeur van de N.V. Mijnbouw Maatschappij “Salida”, die tot 1933 heeft bestaan. 1) Verbeek had Van Oostveen naar voren geschoven en “onwettig” benoemd, terwijl Johan op de nominatie stond en veel betere papieren had. Johan zat als groot aandeelhouder in de raad van commissarissen.
Enkele jaren later gaat het langzaam achteruit met Johan. Zijn schoonzus Willy schrijft in 1928 in een brief: “Johan schijnt zijn stuur wel kwijt, als Dina weg is, loopt hij te zoeken.” In maart 1931 sterft Johan. De helft van zijn vermogen laat hij aan Dina na en over de andere helft, die uiteindelijk voor de kinderen is, krijgt zij het vruchtgebruik. Johan wordt in het Crematorium Westerveld gecremeerd. Zijn as wordt op de Begraafplaats Nieuw Eykenduynen in Den Haag in een graf bijgezet.
NOOT
1. De NV Mijnbouw Maatschappij Salida (MMS) werd in (1880) 1910 opgericht met als doel "het in exploitatie brengen van de vier verleende mijnconcessies aan Sumatra's Westkust, elk groot eenduizend hectare, en respectievelijk genaamd : Salida, Sarik, Boekit Poelai en Boekit Doerian, waarvan eerstgenoemde voor de winning van goud en zilver, de tweede voor die van goud, zilver en steenkool en de beide laatstgenoemden voor die van steenkool".
Drs. Sibrand P. Martens
Sources: http://www.martens-harten.eu/GenMartens/Hendrik-Weijer-Harten/Leven...
http://www.martens-harten.eu/GenMartens/Hendrik-Weijer-Harten/gezin...
http://www.martens-harten.eu/GenMartens/Hendrik-Weijer-Harten/gezin...
Johannes Adrianus Harten's Timeline
1855 |
April 17, 1855
|
Rotterdam, Rotterdam, South Holland, The Netherlands
|
|
1880 |
November 12, 1880
|
Probolinggo, East Java, Republic of Indonesia
|
|
1882 |
April 15, 1882
|
South Pesisir, West Sumatra, Indonesia
|
|
1883 |
December 20, 1883
|
Iv Jurai, South Pesisir, West Sumatra, Republic of Indonesia
|
|
1885 |
February 13, 1885
|
Iv Jurai, South Pesisir, West Sumatra, Republic of Indonesia
|
|
1886 |
August 28, 1886
|
Iv Jurai, South Pesisir, West Sumatra, Republic of Indonesia
|
|
1889 |
April 24, 1889
|
Solok, Republic of Indonesia
|
|
1892 |
January 8, 1892
|
Semarang, Central Java, Republic of Indonesia
|