De boedelscheiding van Maritje

• Aktesoort: boedelinventaris
• Datum: 26/06/1710
• Notaris Daniël de Olyslager
• Archief: ONA Rotterdam, Inv. 1248, Aktenr./blz.: 72/585
• Van de (on)roerende goederen en effecten van wijlen Maritje/Maertje Cornelisse de Vos, eerder weduwe van Cornelis de Bruijn, laatst weduwe van Jan Janse Rodenrijs wordt inventaris gemaakt. Haar echtgenoten waren beide scheepstimmerluyden. Maritje, overleden 02/05/1710, was in compagnonschap met haar zoon Jan Janse Roodenrijs de Jonge. Broer van de laatste is Dirk Jansse Roodenrijs. Maritje laat na een huis met scheepstimmerwerf gelegen a.d noordzijde Rottekade, buiten de Hoffpoort, onder de jurisdictie Cool. Belending: Bartholus de Ruijter en Jan Tromp. Het huis is belast met 1.000 gld. volgens schuldrente-brief t.b.v. Paulus van den Hemert. Nog genoemd een huis a.d. Rottekade. Belending: laan van Catshoek en weduwe van n.n. Verweij. In inventaris vele namen genoemd betr. huishuurschuld en boekschulden. Tot de inboedel behoren goud- en zilverwerk, kleding, schilderijen, porcelein, aardewerk, koper- en tinwerk etc. Doodschulden en lasten worden opgevoerd. Nog genoemd in deze akte: Hilletje Rodenrijs, weduwe van Philips Hodenpijl, Belija/Belitje Jansse Roodenrijs(vrouw van binnenschipper Symon van der Schans), Trijntje en Jannetje Cornelisse de Bruijn (weduwe van Cornelis van der Swaen), voordochters uit Maritje's 1e huwelijk. [Recia]