Roverius (Rover) Jan Hendricx van de Groenendael

Rover van de Groenendael was in 1659 borgemeester van Veghel

Bron: gezinsblad Rover Joannes Henricus van de Groenendaal op Genealogy Dortmans-Steverink

28 februari 1629: Rover Jan Henrickx is getrouwd met Meriken dochter van Thonis Peter Thielens, verwekt bij zijn vrouw Heijlen. 'Ende soe de voirschreven Meriken was overcomen enighe miserable cruelle als berooft wesende in enighe van haere vijff sinnen, soe het scheen'. Rover, als man van Meriken, heeft zijn goederen die hij via zijn vrouw zou mogen erven overgegeven aan Thonis Peter Thielens, vader van zijn vrouw.
Getuigen: Wijllen Meussen en Anthonis Hendricx, schepenen in Vechel (bron: BHIC, Schepenprotocol Veghel, toegangsnr. 7700, inv. nr. 44, akte nr. 261, fol. 249-250)

19 juli 1659: Schepenen laten aan de Edel Mogende Rade van Brabant weten op het verzoek van Rover Jan Henricxs van den Groenendael tot legitimatie van Jan zijn natuurlijke zoon, verwekt bij Maria, dochter van Jan Denissen te Schijndel, dat de natuurlijke zoon Jan 'is een persoon van goet leven, staende ter goeder name ende fame'.
Getuigen: Matijsd Peters, G. Roeffs, Melijs Gerijts van Dijeperbeeck, Peter van valderen, Lambert van der Straten en Aert Gerit Henrickx (bron: BHIC, Schepenprotocol Veghel, toegangsnr. 7700, inv. nr. 65, akte nr. 95, fol. 265)

20 februari 1660: Jan, natuurlijke zoon van Rover Jan Hendricx van Groenendael te Veghel. Kosten: f 25 (bron: Archief van de Raad van Brabant, Aanvraag van brieven van legitimatie, het verlenen ervan en de kosten die verschuldigd zijn (1630-1789), inv. nr. 1038; op citaat P.L. Leget-Kuijlen en J.N. Leget. “Brieven van Legitimatie”. De Brabantse Leeuw. Driemaandelijks tijdschrift van de sectie voor Geslacht-, Naam- en Wapenkunde van het Noordbrabants Genootschap. Jaargang 40, nr. 1, 1991, pag. 1-18)

19 maart 1660: Rover Jan Henricx van den Groenendael, zijn broer Gerlinck en zus Mariken, Lambert Rutten en Geraert Janssen Verweteringe, hebben gedeeld 'dry bunderen hoyveltts, gemynelyck genoemt den Eymertts Camp, gelegen in de Schyndelse bunders'.
Rover Jan Henricxsen, zijn broer Gerlinck en zijn zus Mariken krijgen toebedeeld 'eenen bunder van de voorschreven dry bunderen, waervan den eenen bunder de voorschreven Mariken de hellicht al voorens was competerende, ende nu de voorschreven Mariken noch de twee delen by lootinge is competerende'
- e.z. en a.z.: de mede condividenten
- e.e.: den Rouwen Camp
- a.e.: de gemynt van Schyndell
Lambert Rutten krijgt toevedeeld 'een bundervelt van de voorschreven dry bunderen'
- e.z.: Henrick Corst Tonissen
- a.z.: de mede condivident
- e.e.: den Rouwen Camp
- a.e.: de gemynt van Schyndell
Geyt Janssen Verweteringe krijgt toebedeeld 'een bundervelt van de voorschreven dry bunderen'
- e.z.: Thonis Arien Smitts
- a.z.: de mede condivident
- e.e.: den Rouwen Camp
- a.e.: de gemynt van Schyndell
Dit deel is belast met de helft van een cijns 'aen de domeynen van Brabant'.
Getuigen: Matijs Peters en Lambert van der Straten, schepenen
(bron: BHIC, Schepenprotocol Veghel, toegangsnr. 7700, inv. nr. 52, akte nr. 234, fol. 335-337)