Juffrouw Geertruijt van Ossenbergh

Inligting:

https://www.ewab-applications.nl/RHCZOU/aw_toon_feit.php?feit=1198&...

https://oudscherpenzeel.nl/wp-content/uploads/genealogie-pdf/Lokhor...

Geertruijt van der Lith attestation from Wijk bij Duurstede

Geertruijdt van der, en Adriaen van Ossenbergh, beiden van Wijck, aanget. 21-4-1667, tr. Cothen

OSSENBERGH Ariaen van, en Geertruijt van der Lith, tr. 5-5-1667 met att. van Ds. W. Nottelman, pred. te Wijck.

Mr Gerbrand Schagen. (RHC ZOU Not WbD 2508; 03-07-1695).

Ros Jansen in Neerlangbroek (merk: + ) met Cornelis Jansen (merk: + in een nul) in de Sandwegh opt goed van de Heer van Heeswijk borg voor Willem Rutten (merk: ? een halve nul rechts aan de aanstaande poot van een kruis geplakt) op de Ringelpoel als koper om 58 gulden van twee morgen haver over de Middelwegh toebehorende Mr Gerbrand Schagen. (RHC ZOU Not WbD 2508; 03-07- 1695).

Dirck Cornelisse van Bemmel wonende int Waell verklaarde verkocht te hebben ten behoeve van Willem Rutten Lokhorst wonende onder Woudenberg, die mede compareerdeen verklaarde in cope aen te nemen seeckere 12 morgen boomgaart en bouwland gelegen onder den gerechte van Nederlangbroek te Goijwaerts strekkende uijt de Nederlangbroeckseweteringe tot achter aan de Goijerwetering alwaer de heeren van de Dom tot Utrecht boven en Cornelis Jansen van Broeckhuijsen beneden naast geland en gelegen sijn van voren tot achter en dat voor de somma van 1500 gulden. Hij tekent met een kruis met een krul naar rechts op de bovenarm. Akte gepasseerd te Utrecht in presentie van Anthonij Jansen Lockhorst (merk O) en Anthonij Rutten Lockhorst (merk O). (HUA, Not. Arch., inv.nr. U083b032; 14- 12-1709).

Juffrouw Abigael van Ossenberch voor haar selven, de Heer Pieter Amberchraedt en schepen der stad Rhenen in houwelijk hebbende juffrouw Meesjen van Ossenberch, te smen kinderen en erfgenamen van de Heer Adriaen van Ossenberch, in sijn leven schout en gadermeester van Doorn, en van Juffrouw Geertruijdt van der Lith in haer leven echtelieden, ende verklaarden de comparanten vercocht te hebben aan en ten behoeve van Willem Rutten van Lockhorst alhier mede comparerende, wonende onder Woudenberch die in cope aanneemt bij sdese seeckere hofstede en huijsinge met wagenschuer, schaepskoth, backhuijs, twee vijfroedige bergen, met de landerijen daeraen behorende, groot volgens de caert omtrent 47 morgen 3 hond, soo boomgaert, weij-, als bouwlandt met sijn bepotinge en beplantinge, sijnde het bouwlandt meest tiendvrij of soo groot en kleijn hetselve gelegen leijt onder Darthuijsen genaamd de Catwinckel, daer aan de ene sijde de heer advocaat Mr Johan van Cleef, aen de andere sijde Ros Janss met sijn bruijcklandt, en voorts de Heer van Heeswijck, streckende van de Goijerwateringe tot aan de Hoochstraet ende voorts bergwaarts volgens de voorschreve kaert daer van sijnde, (..) leenroerig aan den huijse van Zuijlenborgh, en dat voor en om de somme van 6.250 caroli guldens a 20 stuijvers tstuck boven ene stuijver voor rantsoenen boven de navolgende plecht van 1.000 gulden resterend capitaelwelck rantsoen binnen drie dagen sal moeten worden voldaen, de voornoemde cooppeningen sullen moeten worden betaelt in twee termijnen, te weten de deene helft binnen drie weken na dato deses en dandere helft den 1e meert 1712 aenstaende beijde sonder interesse. (..) Dese verkoping geschiedt op de last van een resterend capitael van 1.000 gulden op het voorschreve goed gevestigd en staende ten behoeve van Mechtelt Kanter of wel haar erfgenamen waarvan jaerlijks aan rente wordt betaelt de somma van 50 gulden (..) Den koper sal aan Gijsbert Theunisse van Veldthuijsen moeten uijthouden de huere en pacht tot petri 1715 incluijs mits daervan genietende de huerpenningen die ingaen sullen petri 1712. (..). (RHC ZOU DG Doorn 528; 01-01-1712). Willem Rutten belender te Darthuijsen. [HUA, Not. Arch., inv.nr. U148a003; 04-05-1712)

De erfgenamen van Adriaen van Ossenberch en Geertruijdt van der Lith, in leven echtelieden, constitueren Abigael van Ossenberch om te compareren voor stadthouder en leenmannen van de ridderhofstadt Zuijlenburch om aldaer over te geven aan en ten behoeve van Willem Rutten van Lockhorst der comparanten portie in de hofstede en aenhorige landt genaamd de Catwinckel gelegen onder de gerechte van Darthuijsen breder de coopcedulle in dato den 1e januari 1712 daervan sijnde leenroerig aan gemelde ridderhofstad Luijlenborgh (..). (RHC ZOU DG Doorn 528; 13-5-1712). In 1716 is Willem Rutten Lokhorst (in plaats van Dirck Corneliss van Bemmel) eigenaar en gebruiker van 12 morgen land in twee percelen van elk 6 morgen onder Neerlangbroek belast met het onderhoud van slag nr 157 op de Lekdijk. (Hoefslagregisters Lekdijkbovendams) - Ingestuur Ds. MG Muller