Dammis Gerritsen

Rotterdam:

• 1585-1650, Daem Gerrits schipper Wijk bij Duurstede [ONA 499/730,731]
• 1591, Dammis Gerrits poorter schipper [ONA 3/181G]
• 12-12-1597, Daem Gerijts blockmaecker (id.?) [Wsk. 16-11 586/185]
• 3-6-1598~18-8-1599, Dammas Gerritsz schipper boedel [365/391]
• 1601, Dammas Geeritsz.(†) man van Leentgen Poelendr poorteres [ONA 8/102, 102C1]
• 1614, Leentgen Pouwels (†) dr.v. Pouwels Adriaensen stierman en Adriana Gerritsdr, deze testeren, kinderen en kleinkinderen erfgenamen, een paling voor Leendert Hendricxsz z.v. Leentgen Pouwels [ONA 19/177]

Testament 13-3-1600 Rotterdam Notaris Gerrit Jansz van Wourden

• Dammas Gerritsz en Leentgen Poelendr. maken hun testament. [ONA 8 35/102]

Testament 30/11/1601 Rotterdam Notaris Jacob Symonsz

• Leentgen Poelendr, weduwe van Dammas Gerritsz herziet het testament d.d 13-3-1600 dat zij met haar man bij notaris Gerrit Jansz van Wourden gemaakt heeft. Zij laat haar goederen na aan haar kinderen.

Weeskamerboek Rotterdam 5-12-1601

• Verwijzing naar een verticht 25-1-1595. Dammas Gerrytsz schipper (†) en Leentgen Poolendr. Er is sprake van vier kinderen, waarvan Gerrit Dammasz en Eeuwout Dammasz meerderjarig zijn en Jan Damasz minderjarig. De twee broers treden op als voogd voor Jan, die door moeder slecht onderhouden en wreed behandeld is. Hij heeft vier jaren gezworven en geen ambacht geleerd. Het gerecht van Rotterdam eist extra uitkering van de moeder.